Joris Hessels over Gentbrugge: Misschien is het tof om de cirkel wat kleiner te maken en te zien wat er in die kleine cirkel gebeurt

Wat is er Gentbrugs aan Gentbrugge? Na vijf afleveringen van de Canvas-serie Gentbrugge plus een extra Corona-aflevering, en nu hij er bijna een jaar woont, heeft Joris Hessels er nog geen antwoord op. Hij weet wel dat hij er wil blijven wonen, en zelfs begraven worden.

Op 6 juli 2019 verhuist TV- en theatermaker Joris Hessels met zijn nieuw samengesteld gezin naar Gentbrugge, onder de kerktoren, op een steenworp afstand van De Punt.

Van juli tot december 2019 filmen Joris en een heel kleine ploeg van productiehuis De Chinezen materiaal voor een van de beste human interest programma’s die de jongste jaren op Vlaamse televisie te zien waren.

Alles lijkt te zijn samengekomen in de reeks: de figuren die de ploeg wist te vinden; de verhalen die ze vertelden; de onnavolgbare interviewstijl van Joris Hessels; en het decor van Gentbrugge, dat de hele serie lang baadt in een schitterend zonlicht, alsof het daar alle dagen goed weer is.

“Ja, toen we voor de extra Corona-aflevering fragmenten herbekeken, viel het op dat het altijd zonnig is,” geeft Joris toe. “Ook de scenes op het bankje. Die namen we op in november-december, nadat alle portretten waren opgenomen. Het was toen berekoud, maar blijkbaar ook heel zonnig.” (foto’s De Chinezen)

Waarom Gentbrugge? Ik bedoel niet de TV-serie, maar waarom zijn jullie net daar gaan wonen?

“Dat is eerder toeval. We waren al lang op zoek naar een huis met een tuin. We hebben lang gezocht in Gent centrum, omdat de oudste naar school gaat in De Harp, vlakbij de Vooruit. Maar we vonden niets dat in ons budget paste.”

“Na twee jaar zoeken zijn we dan via via op dit huis gevallen. Het paste binnen ons budget en we waren ook direct gecharmeerd door Gentbrugge, dat we tot dan toe net als de meeste mensen enkel kenden van het viaduct en de afrit op de E17.”

Hoe zijn jullie dan aan de reeks begonnen?

“Ik was al een tijd op zoek naar een onderwerp onder de kerktoren en door de verhuis kwam het ons letterlijk in de schoot gevallen. Twee maanden voor onze verhuis zijn twee mensen van de redactie van het productiehuis dan beginnen researchen. Ze belden deur aan deur, spraken buurtwerkers, en gingen bijvoorbeeld ook te rade bij Jonathan, de dakboer van Rooffood.”

“De opnames hebben we gedaan met een heel kleine ploeg: camera, geluid en ikzelf. De start van het filmen was altijd heel spontaan, zonder veel voorbereiding. Uiteindelijk hebben we ook al ons materiaal gebruikt in de uitzending, behalve een verhaal.

Je groeide op in het dorp Belsele. Was je voor deze reeks op zoek naar het dorpsgevoel uit je kinderjaren?

“Ja, eigenlijk wel. Zowel in mijn TV-werk als in theater heb ik altijd het gevoel van verbondenheid gezocht.”

“In TV is er een tendens dat het in het buitenland moet opgenomen zijn om interessant te zijn. Ik dacht: misschien is het tof om de cirkel wat kleiner te maken en te zien wat er in die kleine cirkel gebeurt. En nu merk ik dat ik zelfs navolging krijg van Tom Waes, hahaha.”

“Nu, is Gentbrugge een dorp? Ik weet het niet. Wij wonen er onder de kerktoren en daar heb je wel wat van die dorpssfeer. Het gevoel van ergens geborgen te zijn en goeiendag te kunnen zeggen aan de mensen, vind ik hier wel terug. Ik denk dat we dat ook in de reeks gestoken hebben. Maar het blijft natuurlijk wel een randgemeente van Gent. Het loopt nagenoeg naadloos over in de stad.”

“Gentbrugge heeft een geschiedenis en ongelooflijk rijke verhalen, maar ook een grijsheid en gewoonheid die vergelijkbaar is met tig andere gemeentes. De reeks gaat dus eigenlijk over Vlaanderen op microschaal.”

Zoals Humans of New York niet over New York gaat, maar over mensen?

“Ja, het is inderdaad een soort “Humans Of Gentbrugge” . Het gaat over de mensen, meer dan over de gemeente.”

Is er dan toch niet zoiets als een Gentbrugs karakter?

“Er is wel een soort trots op Gentbrugge, zeker bij “autochtone” Gentbruggelingen, die hier geboren en getogen zijn. Gentbrugge is zeker een volkse gemeente, maar ze heeft ook een zichtbare kastelengeschiedenis en een interessant industrieel verleden. Kijk maar naar de terreinen van De Punt, waar Arbed vroeger nagels en bouten maakte. Dat weten de Gentbruggelingen: “Het is hier niet de Brugse Poort he.”

“De voorbije jaren is Gentbrugge een interessante mix geworden van autochtone Gentbruggelingen en inwijkelingen, veel jonge gezinnen voor wie het centrum te duur werd, en van blank en donker. Dat maakt het hier een interessante biotoop.”

Wat doen jullie niet in Gentbrugge?

“Gisteren ben ik in het centrum van Gent naar de biomarkt gegaan en ik realiseerde me dat het meer dan een maand geleden was dat ik nog in Gent was. Eigenlijk hebben we hier zo goed als alles. We kunnen hier wandelen; we doen hier onze basisinkopen bij de slager, de bakker, de fietsenwinkel, en plooien meer en meer terug op Gentbrugge.”

“Cafés zijn een probleem. Er is er een gesloten net toen we begonnen te filmen. Ik ben nog even in de verleiding geweest om het over te nemen. Een ultieme definitie van dorpse geborgenheid is toch nog altijd dat mijn Duvel klaar staat als ik mijn stamcafé binnenstap.”

Zie je jezelf hier oud worden?

“Eigenlijk wel, ja. We zijn hier hoe langer hoe liever. Het huis is groot genoeg voor ons en de kinderen, maar ook klein genoeg om er te blijven wonen als de kinderen uit huis zijn. Ik voel me goed in mijn vel hier. Het programma heeft onze integratie wel geholpen, natuurlijk. Mijn Waaslandse accent geraak ik niet meer kwijt, maar er sluipen al Gentse woorden in mijn taalgebruik. En de kinderen zijn echte Gentenaars aan het worden. Ja, uiteindelijk wil ik hier op het kerkhof terecht komen.”

Een laatste vraag, naar het keukengeheim van je interviewstijl: Hoe doe je het om een gesprek op gang te houden? Je slaagde er zelfs in Laurent, de charmezanger met afasie, zijn levensverhaal te laten vertellen en daar een stuk documentaire-filmgeschiedenis van te maken.

“Dank je. Maar ik ben geen getrainde interviewer en heb geen truc. Ik vertoef graag bij mensen en heb de neiging om mensen snel graag te zien. Daar word ik gelukkig van. Ik denk dat mensen dat voelen.”

“Als er al een truc is, dan is dat om oprecht geïnteresseerd te zijn. Alles kan in een gesprek.”

“Laurent, dat was inderdaad een bijzonder interview. Er is daar nog een anekdote aan verbonden die niet in de reeks gekomen is. Laurent toont me op een gegeven ogenblik zijn fotoalbum. Hij slaat het open en op de eerste foto die ik zie, herken ik mijn vader. Heel bizar!”

“Laurent is nu een bekende Gentbruggeling en is daar trots op. Als we elkaar tegenkomen, is hij altijd heel blij. Andere personages uit de reeks vertellen me dat ze in de Carrefour staande worden gehouden voor een selfie. Daar geniet ik van.”

De volledige reeks is te herbekijken op vrtnu

gepubliceerd op 22 mei 2020
< terug naar nieuwsoverzicht